De afgelopen weken ben ik tijdens mijn vakantie verrast en verblijd door de mooie, grappige en bijzondere natuurobservaties.
Jullie wellicht ook.
Soms moet je twee keer kijken om iets goed te zien!
Vanmorgen zag ik in mijn vensterbank een knobbeltje op een van de broedknoppen van een Kalanchoë. Toen ik nog eens goed keek zag ik dat het een broedknop op een broedknop was!
Dus in de bekende benaming van Kindje-op-moeders-schoot, is dit een Kindje-op-moeders-schoot-op-oma’s-schoot.
In het Engels zeggen ze Mother of Millions. Dat is een beetje overdreven, maar het kunnen er wel veel worden.
Klopt het wel dat er hier sprake is van een moeder-kindrelatie?
Kan je het ouderschap van een plant vergelijken met dat van een dier, of is dit een antropomorfisme, het toeschrijven van menselijke eigenschappen aan dieren en planten.
Bij dieren is er meestal maar één manier om meer exemplaren van een soort te krijgen: de geslachtelijke voortplanting, waarbij de eigenschappen van beide ouders worden gecombineerd in een nieuw individu: hun nakomeling.
Hierop zijn wel uitzonderingen in het dierenrijk zoals wormen, sponzen en bijen. Wormen kunnen zich in tweeën splitsen.
Bij sponzen kan zelfs iedere cel uitgroeien tot een nieuwe spons als je ze door een mixer haalt.
Bij de bijen legt de koningin onbevruchte eitjes waaruit de darren (mannetjesbij) komen en bevruchte eitjes waaruit de werksters en nieuwe koninginnen ontstaan. Dus de dar heeft geen vader maar wel een opa; de vader van de koningin.
Bij planten is er keus uit twee manieren, naast geslachtelijk kan een plant zich ook ongeslachtelijk vermenigvuldigen. Stekken, uitlopers, scheuten, vermeerdering van bollen en knollen kan allemaal zonder tussenkomst van stuifmeel, eicellen en bijen gebeuren. Genetisch is de nieuwe plant identiek aan de ouder.
Voordeel hiervan is dat een plant in zijn eentje kan vermeerderen; nadeel hiervan is dat er geen nieuwe combinatie van eigenschappen kan ontstaan die beter aangepast is aan de omstandigheden.
Dus het plantje op de foto is geen echt nieuw individu. Want alle erfelijke eigenschappen van het nieuwe plantje zijn identiek aan de moederplant. Dus het is geen kindje en geen kleinkind maar een kopie van de ‘moeder’. Dat heeft gevolgen voor het begrip individualiteit.
Bij een dier is ieder jonggeboren individu uniek door de combinatie van eigenschappen van vader en moeder.
Bij een plant zijn er na ongeslachtelijke voortplanting allemaal genetisch identieke exemplaren. Ze onderscheiden zich wel door hun verschillende standplaats en hun unieke geschiedenis.
Kan je dit individuen noemen?
Ik vind van wel, want ook een eeneiige tweeling verschilt. Iets om nog eens meer over na te denken.
In Amerika is een stokoud bos van ratelpopulieren, een kleine 50.000 bomen op bijna 50 hectare.
Het blijkt dat deze bomen allemaal uit één enkele boom zijn ontstaan. Het bos van identieke bomen wordt Pando genoemd, dat betekent: ik breid mij uit.
Helaas wordt het bos bedreigd door vraatzuchtige herten wiens natuurlijke vijand in aantal is achteruit gegaan.
Hopelijk valt het mee want een duizenden jaren oud bos heeft vast al meer meegemaakt.
(foto Cirkels van Jannink, 7 augustus, foto: Eveline van Dijck / YOYmedia)
Cirkels van Jannink
7 augustus, foto: Eveline van Dijck / YOYmedia
Tijdens de IVN Zomerweek maakten we de hei vrij van jonge berken en dennen. Door de vele stikstof verandert de hei anders in een bos. Deze dennenscheuten kun je prima verwerken tot:
Zo zijn de dennen niet voor niets gesneefd.