De hopfiets
Je ziet ze vaak in de stad: die Hop-on-Hop-off-bussen die toeristen vervoeren van het ene naar andere highlight.
Anderhalve week geleden wandelde ik door groene delen van de stad, op zoek naar harig knopkruid (zie onder). Tot mijn grote plezier zag ik hier de groene en duurzame versie van de Hop-bus, namelijk de Hop-fiets.
Heel letterlijk, want de plant die zich hier op de foto zo enthousiast naar boven slingert, is de hop. Grappig om te zien dat hij de fiets verkiest boven het hek om in naar boven te klimmen.
Wat deze voorkeur veroorzaakt, dat blijft raden: zijn het de dunne spaken, de grotere hoeveelheid licht of iets anders? Wie het weet mag het zeggen.
Een smakelijke plant, die hop! Behalve de bekende toepassing van de vruchten, de zogenaamde hopbellen in bier, kan je de jonge scheuten ook prima eten. In het voorjaar oogsten, in stukjes snijden en dan even koken. Heerlijk in soep, pasta of omelet.
Winter - korte lente - hete en droge zomer - herfst - lente - herfst
Het is zo boeiend om te zien hoe de ongebruikelijk weersomstandigheden dit jaar zichtbaar worden in de natuur, de planten gedragen zich ook heel ongebruikelijk.
Eerst hadden we een hete en droge zomer (in de vorige nieuwbrief schreef ik al over een vroege herfst, die midden juli begon), bomen gedroegen zich als in de herfst.
Daarna viel er in augustus aardig wat regen en dat resulteerde in een lenteachtige groei-explosie bij kruiden en gras, ineens waren we weer terug in een kleine lente.
Zij waren tijdens de droogte alvast in de overwinteringsmodus gegaan door de bovengrondse delen te laten afsterven en door de regen konden ze weer helemaal overnieuw beginnen.
Zo was er ineens weer hondsdraf en look zonder look, waar ik eerder tevergeefs naar zocht.
Kort door de bocht hadden we dit jaar dus achtereenvolgens:
winter – korte lente – hete en droge zomer – herfst – lente – herfst.
Potjeskast
Hou je ook zo van de herfst, van de aanloop naar de winterse stilte, met zijn geuren van verval en zijn rijke palet aan kleur?
Je kan er lekker op uit gaan en je wintervoorraden aanvullen.
Zelf heb ik een paar weken geleden eindelijk mijn ‘potjeskast’ gebouwd.
Hierin staat inmiddels mijn grote verzameling van uiteenlopende geleis, jams en chutneys van inheemse planten in alfabetische volgorde staan.
Heerlijk zo’n overzichtelijke en gevulde kast.
Een aanrader voor als je de komende maanden nog geen andere plannen hebt en liefde hebt voor het kokkerellen en inmaken.
Harig Knopkruid
Overal in de stad zie je het. Galinsoga quadriradiata, een pionier uit Midden- en Zuid-Amerika die in de 19e eeuw naar Europa is gekomen, en inmiddels helemaal is ingeburgerd.
Piepkleine bloempjes van hooguit 5 mm, bestaande uit 5 witte lintbloemen rond een twintigtal gele buisbloemen.
Wil je hem beter leren herkennen? Kijk dan eens naar het filmpje op de Flora van Nederland.
Een subtiele delicatesse! Ook proeven?
Maak dan een harig-knopkruid-omelet recept harig-knopkruid-omelet
Twee broertjes
Naast het harig knopkruid kwam ook het kaal knopkruid naar Europa.
Maar de kale, Galinsoga parviflora, is langzaamaan aan het verdwijnen. In de stad vind je daarom meestal de harige versie.
Beide zijn even smakelijk en eetbaar.
Zie ook de site van Stadsplanten, up-to-date, informatief en leerzaam.